“Het is belangrijk dat het in de ggz vanzelfsprekend wordt om naasten te betrekken bij de behandeling van de cliënt.” We spreken Elsbeth de Ruijter, lid Raad van Bestuur bij GGZ Noord-Holland Noord.

Met familie gaat het beter
“Met familie gaat het beter”, dat heb ik jaren geleden geleerd van een familieraad en dat vind ik nog altijd een mooie uitspraak.
Bij GGZ Noord-Holland Noord vinden we dat het netwerk ertoe doet, niet alleen als steun, maar ook in behandelingen. Om de patronen te doorbreken die in gezinnen of in families ontstaan. Psychiatrische problemen zijn niet altijd alleen een intern probleem van de cliënt.”

“Het luisteren naar familie en naasten als het dreigt mis te gaan, kan verplichte zorg voorkomen. Zij signaleren vroeg andere gedragingen. We mogen echt minder op de individuele cliënt gericht zijn. In andere zorgsectoren worden naasten al veel meer betrokken, dat is in de ggz nog niet zo.”

De familievertrouwenspersoon
“Wij hebben één gezamenlijke cliënt/familieraad. Zij hebben onlangs feedback opgehaald van naasten. Zij horen dat naasten het best lastig vinden om kritisch te zijn, omdat ze bang zijn dat het impact heeft op de behandeling. Dat is niet zo, maar het is wel begrijpelijk dat ze dat denken. Dan is het goed dat er een familievertrouwenspersoon is die zij kunnen benaderen en die hen kan ondersteunen. Zij is onafhankelijk, kent de ggz goed en weet de weg binnen de instelling.”

“Onze behandelaren merken wel eens dat ze er niet uitkomen met een naaste. Zij adviseren de naaste dan om in gesprek te gaan met de onafhankelijke familievertrouwenspersoon. De familievertrouwenspersoon is namelijk niet onze tegenstander. Zij heeft het meervoudig perspectief en heeft waar het kan een verbindende rol. Vaak komt het na gesprekken met de familievertrouwenspersoon niet meer tot een grote klacht. Dat is van waarde voor de naaste, de behandelaren en de patiënt."